Wateroverlast en het -tekort hebben de voorbije jaren al aangetoond dat het beheren van water erg belangrijk is. De gevolgen van de klimaatverandering laten zich in steeds meer steden en gemeenten voelen. Ook in Genk, waar een aantal partners zich de afgelopen twee jaar binnen het project Waterrijk Waterschei bogen over deze problematiek. De ervaringen en conclusies uit het project zijn nu gebundeld in een eindrapport, met vijf aanbevelingen die relevant zijn voor Genk maar ook voor de rest van Vlaanderen. Met spons-wijken, watercoaches, meer handhaving én financiële steun voor de lokale besturen kan Vlaanderen de strijd aan.
Het probleem aanpakken
De afgelopen twee jaar hebben de stad Genk, Waterland vzw, Breekijzer vzw en de Universiteit Hasselt samengewerkt aan het project 'Waterrijk Waterschei'. Dit initiatief werd oorspronkelijk gestart vanwege de overstortwerking op de Stiemerbeek. Echter, de recente ervaringen met wateroverlast en -tekort hebben de cruciale rol van waterbeheer benadrukt. Het eindrapport van 'Waterrijk Waterschei' bevat vijf aanbevelingen die van belang zijn voor heel Vlaanderen.
Aanbevelingen richting 'spons-wijken' en waterbewuste gemeenschappen
- Te weinig mensen liggen wakker van collectieve watermaatregelen. Informatiedeling en sensibilisering zijn de komende jaren nodig om hier stappen in te zetten. Hiervoor moeten we ons richten op campagnes en informatiedeling dicht bij de inwoners.
- Het betrekken van burgers vraagt maatwerk. Elke inwoner is anders, en verhoudt zich anders tot water. Er is nood aan watercoaches die watertransities lokaal moeten begeleiden en die technische, sociale en culturele vaardigheden moeten combineren.
- De overheid moet inwoners ondersteunen en begeleiden bij het implementeren van watermaatregelen op privaat terrein. Voor de water- en rioolbeheerders blijken er heel wat winsten te boeken door op het privaat domein stappen te zetten.
- Er is een tekort aan financiële stromen voor lokale besturen om stappen op privaat domein te kunnen zetten.
- Goede voorbeelden werken aanstekelijk. Hetzelfde geldt echter ook voor de niet-duurzame waterpraktijken. In de wijk Waterschei heeft een groot aandeel van de mensen een actieve grondwaterpomp of een verharde voortuin. Dergelijke praktijken maken het moeilijk om collectief naar een shift richting waterhergebruik te evolueren. Daarom is het belangrijk de achterpoorten te sluiten en te investeren in handhaving.
De toekomst van waterbeheer in debat
Beleidsmakers en experts komen vandaag samen voor het debat 'Van Waterschei tot Waterwijk', waarin de vijf aanbevelingen centraal staan. Het debat wordt geopend door Professor Tim Smits (KULeuven) en Wim Van Gils, adviseur waterbeleid bij de Minaraad. Vervolgens gaan Professor Liesbeth Huybrechts (UHasselt) en onder andere Bernard De Potter, Administrateur Generaal van de Vlaamse Milieumaatschappij, Ivo Palmers, waarnemend Secretaris Generaal van Departement Omgeving, en Wendy Francken, directeur van VLARIO, in gesprek. Dr. Sylvie Van Damme (UAntwerpen) sluit af, waarna burgemeester Wim Dries en schepen Toon Vandeurzen de bevindingen van het Genkse Living Lab overhandigen aan de Vlaamse minister van Omgeving.
Van alle Europese regios staat Vlaanderen bovenaan op het lijstje wat de risicos op waterschaarste en droogte betreft, vertelt de Vlaamse minister van Omgeving. We moeten water nochtans als onze bondgenoot zien. Vanuit Vlaanderen nemen wij daarin een voortrekkersrol met onze Blue Deal. In dit project hebben de individuele bewoners allen hun eigen, kleine, persoonlijke Blue Deal. Het mooie aan Waterrijk Waterschei is dat we er heel wat uit kunnen leren. Ik ben alvast benieuwd naar de resultaten.
Wijkcentrum Waterschei wordt een demonstratiesite
Stad Genk zit intussen niet stil. Op verschillende plekken in Waterschei wordt nu en in de toekomst plaats gemaakt voor water, vertelt schepen van Ruimte, Toon Vandeurzen. Deze maand wordt het wijkcentrum van Waterschei zelfs omgevormd tot een demonstratiesite voor waterbeheer, waar Genkenaren kunnen zien hoe regenwater opgevangen, hergebruikt en geïnfiltreerd kan worden in de grond. Tegelijk wordt zoveel mogelijk ingespeeld op de noden van de gebruikers van de site om de plek nog aangenamer te maken.