In Genk wordt een uniek taaltje gesproken: de zogenaamde citétaal. Uitdrukkingen als wa make zijn inmiddels zo ingeburgerd. Dat valt niet bij iedereen in goede aarde. Wij spraken met een voor- én een tegenstander.
PRO
Fabio Pinti (31) Fotograaf
Een woordje citétaal in een officiële boodschap van de stad Genk is ludiek, meteen herkenbaar ook
Ik heb altijd een voorliefde gehad voor taal. Zelf spreek ik niet minder dan zes talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits, Spaans en Italiaans. Veel steden in Limburg hebben een mijnwerkersverleden. De gastarbeiders hebben een enorme invloed gehad op de cultuur én de taal. Als je in Genk rondwandelt, zie je Italiaanse cafés, Marokkaanse slagers en Turkse kebabzaken. Mensen zien taal vaak louter als een communicatiemiddel, maar taal en cultuur gaan hand in hand. Een woordje citétaal in een officiële boodschap van de stad Genk is ludiek, meteen herkenbaar ook. Waarom zou dat niet mogen? Waarom mogen we enkel rekening houden met hoe taal er zou moeten uitzien? Taal evolueert ook voortdurend. Als je nu een Nederlandstalig nieuwsfragment hoort van vijftig jaar geleden, herken je het bijna niet meer. Taal ondergaat altijd invloeden uit de omgeving. In Brussel hoor je veel leenwoorden uit het Frans, in Genk hoor je de geschiedenis van de mijnwerkers. Toen mijn grootvader als gastarbeider uit Italië kwam, sprak hij geen woord Nederlands. Maar kleine zinnetjes in de tussentaal hebben hem geholpen om toch te communiceren. Ik heb zelf een lerarenopleiding gevolgd en besef dat taalverwerving en de regels rond taal erg belangrijk zijn, maar het is geen of of-verhaal. Kinderen moeten algemeen Nederlands leren, maar op sommige momenten is het ook oké om citétaal te spreken. Kijk naar mezelf. In een professionele setting met klanten praat ik mooi Nederlands. Op café met vrienden gebruik ik citétaal. Het kan allebei. Mensen zijn ook bang dat het oude dialect gaat verdwijnen. Maar ik denk dat dat niets te maken heeft met de opkomst van de citétaal. Oudere mensen hebben er destijds voor gekozen om geen dialect te spreken met hun kinderen en in scholen werd ook geen dialect gesproken. Dan is het toch normaal dat het dialect stilaan uitsterft? Je houdt dat niet tegen. En om af te sluiten denk ik dat het belangrijk is dat mensen wat vaker naar de boodschap luisteren in plaats van zich blind te staren op de vorm. Ik word liever verwelkomd in plat West-Vlaams waar ik niets van versta dan dat ik de deur word gewezen in mooi algemeen Nederlands.
CONTRA
Heidi Ernots (51) Begeleidt leerlingen met een zorgvraag
Oudere mensen verstaan hun kleinkinderen niet meer. Ze spreken letterlijk niet meer dezelfde taal
In Genk worden er drie soorten Nederlands gesproken. Citétaal was de taal van de mijnwerkers die elkaar niet goed verstonden, het was hun enige mogelijkheid van communicatie. Oudere mensen houden vast aan het Genkse dialect én dan is er ook nog het algemeen Nederlands. Daardoor ontstaat er stilaan een kloof tussen mensen van verschillende generaties. Oudere mensen verstaan hun kleinkinderen niet meer en omgekeerd. Ze spreken niet meer dezelfde taal. Voor mij is dat heel raar, want ik zit daar tussenin. Met een journalist praat ik algemeen Nederlands, met mijn oma vroeger sprak ik dialect en als ik een tiener voor me heb versta ik die ook. Maar de jongeren van vandaag kunnen niet meer switchen. Ik ben niet tegen citétaal omdat het zogezegd geen juiste taal is, maar ik ben gewoon bezorgd over de jeugd. De ingeburgerde taal uit het professionele leven staat lijnrecht tegenover de taal van de jongeren. Voor het jeugdwelzijnswerk heb ik altijd huiswerkbegeleiding gedaan op scholen. Zo heb ik ook lange tijd in Zwartberg en Winterslag gewerkt, en in het jeugdhuis kwam ik ook in contact met de tieners. Daardoor kom ik veelvuldig in contact met citétaal. De jongeren van vandaag verweven hun chill taal met citétaal én gewoon Nederlands tot een heel eigen jongerentaaltje. Op zich is dat leuk, maar er is wel een gigantisch probleem. Ze kunnen het onderscheid niet meer maken tussen hun eigen taaltje en algemeen Nederlands. Zodra je gaat solliciteren of een officieel document moet invullen, zorgt dit ervoor dat je niet serieus genomen wordt door een toekomstige werkgever. Veel jongeren hebben leerproblemen en zijn de taal niet machtig. Als de stad deze citétaal dan ook nog gaat gebruiken in officiële communicatie, vind ik dat geen goed idee.