De zoektocht naar een huurwoning verloopt niet altijd even gemakkelijk. Uit onderzoek blijkt dat heel wat kandidaat-huurders af te rekenen krijgen met discriminatie. In bepaalde gevallen worden zij geweigerd omdat ze steun krijgen van het OCMW, omdat ze van vreemde origine zijn of omdat ze een handicap hebben.
Verhuurders zijn zich niet altijd bewust van het feit dat ze discrimineren. Ze laten zich soms leiden door vooroordelen of gaan verder op eerdere negatieve ervaringen. Bovendien is het niet altijd duidelijk wanneer er sprake is van discriminatie.
Hoe maak jij het verschil
Help je client te ondersteunen bij zijn/haar/hun kandidaat stelling. Ga na of de informatie gevraagd door de verhuurder wettig is en ga als getuige mee bij het bezoek aan de woning. Als je vermoedt dat jouw client effectief gediscrimineerd wordt en er zijn elementen om dit aan te tonen, kan je hen doorverwijzen naar het Meldpunt Wonen. Met het Meldpunt Wonen wil Stad Genk de drempel verlagen voor huurders om discriminatie op de huisvestingsmarkt te melden.
Wanneer is een onderscheid toch gerechtvaardigd?
In sommige gevallen kan een verschil in behandeling op basis van de beschermde criteria worden gerechtvaardigd. De rechtvaardiging moet op objectieve elementen gebaseerd zijn en redelijk blijven. Vb.: Er is geen discriminatie wanneer een verhuurder weigert om een kleine studio te verhuren aan een kandidaat-huurder met een grote assistentiehond. Een rechtvaardiging is niet mogelijk voor verschillen in behandeling op grond van etnische of nationale afstamming, vermeend ras, huidskleur en afkomst.
Welke inkomensbewijzen mag men opvragen?
Meestal wil de verhuurder weten of een kandidaat-huurder de huurprijs zal kunnen betalen. Daarom vraagt hij vaak meer informatie op over het inkomen. Voor huurder en verhuurder is het niet altijd duidelijk hoeveel informatie er precies mag worden opgevraagd. Het is daarom aan te raden om te werken met de standaardinlichtingenfiche.
Deze fiche bevat een duidelijk overzicht van alle informatie die een verhuurder mag opvragen, maar houdt daarbij rekening met het recht op privacy van de kandidaat-huurder. In de fiche moet de huurder aangeven wat zijn maandelijks netto-inkomen is en hoeveel zijn huidige huur bedraagt. De verhuurder moet rekening houden met alle inkomensbronnen die de kandidaat opgeeft.
Doorslaggevend is de grootte van de inkomsten. De aard of de bron van het inkomen speelt geen rol. Iemand weigeren omdat hij een vervangingsinkomen heeft, ook al is dat ruim genoeg om de huur te betalen, is discriminatie.
Wat met kandidaat-huurders met een fysieke beperking?
Voor personen met een handicap is het niet evident om een huurwoning te vinden. De woning is vaak niet helemaal aangepast aan hun specifieke noden en een verhuurder is weinig geneigd om daar iets aan te doen.
Het Vlaamse Gelijkekansendecreet verwacht echter dat verhuurders een bepaalde inspanning leveren. De huurder mag vragen om de woning aan te passen als dat praktisch en financieel haalbaar is. Daarvoor kan een tegemoetkoming worden aangevraagd bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap.
Als een verhuurder een kandidaat met een handicap weigert omdat hij geen redelijke aanpassing wil uitvoeren, wordt dat gezien als discriminatie.
Wat te doen bij discriminatie?
Bij een vermoeden van discriminatie is het best om zoveel mogelijk bewijsstukken te verzamelen (bijvoorbeeld een e-mail, een Facebook- of gsm-bericht, fotos, …). Daarmee kan de huurder naar het VMRI. Het VMRI ondersteunt en zoekt samen met de huurder naar een oplossing.
Gaat het om een vastgoedmakelaar, kan de huurder steeds klacht neerleggen bij het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars (BIV). Na een grondig onderzoek kunnen zij beslissen om de vastgoedmakelaar een tuchtsanctie op te leggen.
Tot slot kun de huurder ook altijd gerechtelijke stappen ondernemen. Als de rechter de discriminatie bewezen acht, heeft de huurder als slachtoffer recht op een vastgelegde vergoeding voor morele schade.
Voor meer informatie kunt u steeds terecht op volgende websites: