Met 65 jaar ervaring op de teller kent Giuliano Moretti echt alles van de balsport bocce. Zijn vader legde in 1958 een van de eerste boccepleinen in Genk aan in Zwartberg en bracht er Italiaanse mijnwerkers samen voor een ontspannend moment onder kennissen. Dat mooie werk zette Giuliano verder. Sinds 2018 vind je het Centro Bocce Italiano in Waterschei, achter de terreinen van voetbalclub Turkse Rangers.
Wat is bocce precies?
Giuliano: Het wordt dikwijls vergeleken met petanque, maar dat is eigenlijk van bocce afgeleid. Al in de tijd van de Romeinen werd bocce gespeeld. Er wordt met stenen ballen van 925 gram tot 1,1 kilogram gerold, gooien is niet toegelaten. Het doel is zo dicht mogelijk met jouw ballen bij het kleine balletje, de pallino, te eindigen. We spelen op een terrein van 27 bij 3,5 meter. Bij ons speel je op gravel, maar in Italië worden professionele wedstrijden dikwijls op synthetische ondergrond afgewerkt.
Waarom speel je zo graag bocce?
Giuliano: Omdat we er altijd samen iets leuks van weten te maken. De spelers praten vooral veel met elkaar en wisselen ideeën uit over koken, vakanties of technische oplossingen in huis. Of we praten over voetbal bij een glas. Dat is de kracht van bocce: het brengt mensen samen die even al hun bekommernissen achter zich willen laten. In de zomer spelen we soms door tot laat in de avond. Dat kan dankzij de verlichting op onze banen.
Hoe proberen jullie bocce bekend te maken?
Giuliano: Wij spelen bij mooi weer elke dag vanaf 12.30 uur. Elke zondag doen we dat tussen 10 en 14 uur. Mooi weer betekent: geen regen en minstens 15 graden. Iedereen is welkom om te komen meespelen. Heel wat verenigingen, bedrijven en organisaties, ook van ver buiten Genk, bellen voor een initiatie. Bij ons is iedereen welkom. Bocce is een ontspannende bezigheid met enorm veel potentieel om mensen te verbinden.
